Wanneer een klant pindakaas bestelt, doet de ober van een duur restaurant alles om die niet te hoeven brengen.
En? Heeft u al een keuze kunnen maken?
Naast het tafeltje verschijnt een deftige KELNER in zwart rokkostuum en witte strik. In zijn hand een blocnote.Hm. Lastig.
Mag ik u dan de Milanese kalfsoester aanbevelen? Op een bed van Cantharellen.
Heb ik vorige week al gehad.
Of een Boeuf Bourguignon? Tongstrelend!
Nee, ik weet het al!
De KELNER houdt een potlood klaar boven de blocnote.Een boterham met pindakaas!
Pardon?
Pindakaas. Op een bruine boterham.
Stilte. De KELNER schrijft niets op, maar buigt zich behulpzaam naar de menukaart toe.Kijk, we hebben ook Confit de Canard.
Nee, ik wil pindakaas!
Pindakaas. Juist ja. Zal ik die caramelliseren of een beetje cognac erdoorheen? ‘Pindakaas flambé’, zogezegd.
Nee! Gewoon pindakaas op een boterham. Niets meer en niets minder.
Tuurlijk, meneer, wat u wilt.
Hij vertrekt en tevreden vouwt de GAST de menukaart dicht.Een smeuïge, goudbruine laag met krokante stukjes noot, heerlijk!
Vrijwel onmiddelijk verschijnt de KELNER weer met een serveertrolley. Met geroutineerde bewegingen legt hij nieuw bestek voor de GAST neer.U heeft geluk, meneer. De chefkok heeft er zin in vandaag. Kijk eens: voor u.
Een gebraden fazant met twee brandende sterretjes erin gestoken, wordt voor de GAST op tafel gezet.Wat is dit?!
Faisan a la crème! Specialiteit van het huis.
Dat hoef ik helemaal niet!
U wilt geen Faisan a la crème?!
Nee, haal het weg!
Maar het is verrukkelijk!
Dan eet u het zelf maar op. Pindakaas heb ik besteld!
Zonder verder iets te zeggen plaatst de KELNER met nijdige bewegingen de fazant weer op de trolley. Voor hij vertrekt, draait hij zich toch nog even om... met een dampend gebakje in z’n handen.En een truffelpasteitje?
PINDAKAAS! MOET IK HET VOOR U OPSCHRIJVEN?
Beledigd rijdt de KELNER weg met de trolley.De volgende keer neem ik m’n eigen eten mee.
Meteen staat de KELNER weer naast hem en gooit met nauwelijks verholen dedain een mandje met brood en een zilveren schaaltje met deksel op tafel.Eén broodje pindakaas voor ‘meneer’.
Ik dank u vriendelijk.
Hij pakt zijn mes en tilt het dekseltje op: pinda’s.U heeft gewoon geen pindakaas, hè?
Wel.
Alleen een paar armetierige pinda’s.
Da’s hetzelfde.
DAT IS NIET HETZELFDE!
Hij pakt het schaaltje en kiepert de pinda’s op tafel.Hoe kan ik dit ooit op een broodje smeren?
Spottend kijkt hij naar de roodaangelopen KELNER.Deze tent wordt volkomen overschat! Vier sterren maar geen pindakaas. Ha! Zelfs een frietkraam heeft meer keus dan hier!
Hij gooit zijn servet van zich af en wil opstaan, maar de KELNER ontploft en trekt het hoofd van de GAST aan diens haar naar achteren.U HOEFT ZE ALLEEN MAAR TE PRAKKEN! KIJK ZO!
Met brute kracht begint hij met het hoofd van de GAST op de tafel te bonken om de pinda’s te prakken.ZIET U WEL, HET WORDT AL SMEUÏG!
Agenda
Sitemap
Copyright
© Maarten van der Duin | wildwords, 2011-2021